In 2019 wilden we naar Spanje en Portugal gaan. Aanleiding  was de tip van iemand  over de Zilverroute. Deze oude handelsroute loopt van Santiago de Compostella naar Sevilla. Bij de voorbereiding gebruikten we de volgende websites: www.anwb.nl; www.nkc.nl/camperreizen; www.tui.nl; www.metdeslakkenopreis.nl. We maken zelf een route waarin we een stukje van deze route zouden rijden. Onze route gaat vanuit Goes naar Le Mans,(Frankrijk) Eleve, Pamplona,(Spanje), Bourgos, Salamanca, Plascencia, Caceres, Guadelupe, Merida, Evora,  (Portugal) Alvor, Porto Cova, Lissabon, Cascais, Nazare, Porto via Aveiro, Guimaraes, Viano di Castelo, Lugo (Spanje), Foz, Avin, Lurado, Soustons(Frankrijk, Le Mans, Goes. We vertrekken op 4 mei 2019 en arriveren  op 28 juni. In totaal leggen we ruim 6200km af. We maken veel gebruik van de hoofdwegen en hebben veel gemak van de tolbadge( zie campertips). We verblijven op camperplaatsen en campings. We rijden vaak 's ochtends zodat we rond het middaguur op de nieuwe bestemming aankomen. Er is dan voldoende plaats en er is nog tijd om iets te ondernemen.  

Le Mans. Vanuit Goes is onze eerste stop ,Le Pont Romain in Le Mans. De camping heeft een aantal verharde camperplaatsen, een klein winkeltje en een zwembad. Als we er in mei komen is het nog te koud voor het zwembad. Het is voor ons een vaste tussenstop die goed bevalt. Ook de stad Le Mans is erg de moeite van een bezoek waard. Omdat we dat al eerder gedaan hadden ( zie camperreis Andalusie), blijft bij een overnachting.

Morceux. Omdat Frankrijk in deze reis voor ons een "doortrekland" is, reizen we zo snel mogelijk naar de grens met Spanje. De vele koolzaadvelden hebben plaatsgemaakt voor bloeiende gele brem. Op de weg is het rustig. Het gaat vlot. We passeren Bordeaux en kamperen op camping Le Clave in Morceux, in Les Landes. Een typisch Frans plekje met een voornaam huis en boerderijachtige gebouwen. Sober, maar schoon. Een leuke plek om te overnachten.  

Van Morceux zetten we onze reis voort naar Pamplona en rijden door de altijd weer prachtige Pyreneen.

Pamplona ligt in Noord-Spanje in Baskenland. De plaatsen in Baskenland worden ook altijd aangeduid met hun Baskische naam, in dit geval Iruna. We hebben gekozen voor de camperplaats vlakbij het historische centrum. Het blijkt een mooie plek te zijn.

's Middags willen we het historische centrum bezoeken en vragen de weg aan een voorbijganger. Hij blijkt een echte Bask te zijn en maakt ons duidelijk dat we niet in Spanje zijn maar in Baskenland en wijst ons op de bergen van de Pyreneen die we in de verte zien. 

Pamplona/Iruna met op de achtergrond de Pyreneen.

De poort die toegang geeft tot het historische deel, het gemeentehuis en de kerk nabij het grote stadspark.

Van Pamplona rijden we een stukje westelijker naar Burgos. Omdat we hier al vaker geweest zijn gebruiken we deze plek uitsluitend om te overnachten.(zie voor meer Burgos reis Andalusie) Wel bezoeken we nog het klooster Miraflores wat op loopafstand van de camping te vinden is.

Van Burgos rijden we verder naar het westen naar Salamanca. Deze stad heeft een  universiteit en een prachtig Plaza Mayor. We verblijven op camping Don Quichote. Een goede camping met alle voorzieningen. De camping ligt aan de rivier, waarlangs de fietsroute loopt om Salamanca te bereiken. De fietstocht duurt ongeveer 45 minuten.

Salamanca is de hoofdstad van de gelijknamige regio. De stad heeft de bijnaam De Gouden Stad vanwege de schitterende architectuur van glimmend zandsteen.

Van onder de bogen zicht op het Plaza Mayor in Salamanca. Het Plaza Mayor is een 18e eeuws plein.

Het Plaza Mayor, de poort naar het Plaza mayor en de stadhuis op het Plaza mayor.

In Salamanca is ook het schelpenhuis, Casa de las Conchas. Het pand, een 15e eeuws stadspaleis, is bekleed met vele schelpen. het zijn Sint Jacobsschelpen van goudkleurig zandsteen. Het zijn er 350. Het pand  wordt gebruikt als bibliotheek. Van binnen heeft het mooie gewelven en balustrades.

 

Gewelven in het schelpenhuis met mooie ornamenten.

De basiliek met de twee torens die de oude en de nieuwe kathedraal verenigen.

Binnentuin en omgang van een klooster in Salamanca.

Vanuit Salamanca rijden we verder zuidelijk naar Plasencia. We staan op camping La Chopera. Deze naam is de naam van een boom die veel vlokken afgeeft. Dat is op de camping goed te zien.  Het inrijden op de plaatsen is lastig omdat de paden nauw zijn, maar het lukt. Ook deze camping ligt aan de rivier. Langs de rivier fietsend bereiken we het centrum van Plasencia.

Plasencia ligt aan de Zilverroute in de Extramadura. Het is gesticht in 1189 en  ligt op een ronde bergtop. In een diepe kloof daarom heen stroomt de rivier de Jerte. De stad is ommuurd, heeft 68 torens en 6 poorten(torres)

De Romaans - gotische kathedraal uit de 13e - 14e eeuw van Plascencia.

Plaza mayor met links het stadhuis en links in de toren het groene figuurtje. dat de klok luidt. Op het plaza mayor komen tien straatjes uit die vernoemd zijn naar een gilde bv de schoenmakersstraat. Rechts een typerend straatje met verschillende poorten.

Met het vertrek naar Caceres blijven we in de Extramadura. Deze streek in Spanje dankt haar naam aan de extreme droogte of regen die er voorkomt. Caceres is al een oude stad. In zijn  huidige vorm is het een  renaissancestad uit de 15/16 eeuw. Wanneer je vanaf het Plaza Mayor de trappen op gaat kom je in het ommuurde gedeelte met daarin de overblijfselen van de Romeinse stad. Er zijn veel nauwe straatjes, pleintjes kerken en paleizen. Een aanrader.

Voor het bezoek aan Caceres verblijven we op camping Caceres. Deze ligt 4 km vanaf het historische deel vandaan. Wanneer we op zaterdagmiddag de stad willen bezoeken is er een internationaal muziekfestival aan de gang. Het is zo geweldig druk dat je nauwelijks door de straten kunt lopen, laat staan foto's kunt maken. We besluiten daarom 's maandags nog een keer de stad te bezoeken. De camping Caceres is een prima camping met op elke kampeerplaats een eigen sanitairblok met toilet  , douche en wastafel. Ongekend luxe. Vanuit de camping is een gele wandelroute uitgezet waarmee je in de Extramadura komt. Erg mooi.

Caceres, het Plaza Mayor.

Caceres, poort, straatje en plein met de twee witte torens van de kathedraal. Deze kleurencombinatie zullen we ook in Portugal vaak tegenkomen.

Kathedraal de San Francisco Janvier met de bijzondere witte torens. Op de rechterfoto een gewelf in de bisschoppelijke ruimte. 

Straatje in Caceres en de Arco de la Estralla, de poort die toegang geeft tot het ommuurde stadsdeel.

Een doorkijkje in de straat Adarve de la Estrella.

Van Caceres rijden we een stukje het binnenland in. Via Truilljo rijden we naar Guadelupe. Dit bedevaartsoord, waar 1999 mensen wonen, ligt op 674m hoogte. We rijden door een prachtige bergroute naar het dorp. We verblijven op camping Las Villuercas, genoemd naar de Sierra de las Valluercas waar Guadelupe aan grenst. We staan weer onder de la Chopera, de boom met de vele witte pluizen, maar voor een enkel nachtje nemen we dat voor lief. De camping is sober en eenvoudig. Wanneer we de campingbaas vragen hoe we naar het dorp kunnen gaan, maakt hij een schets en tekent verschillende mogelijkheden. Onze camping ligt op een half uur lopen van het dorp. We gaan erop uit en wandelen langs de rivier, passeren een aquaduct en lopen door de sierra naar het dorp. Het dorp is nog een authentiek dorp waar de kathedraal de blikvanger is.

De kathedraal van Guadelupe: Real Monasterio de Nuestra Senora de Guadelupe. De kathedraal herbergt in de bijgebouwen een klooster. Het verhaal gaat dat een herder in het veld bij de rivier een beeld vond van de Heilige Maagd. Op die plaats is een kapel gebouwd. Vandaaruit is de kathedraal ontstaan. Het is nu een belangrijk bedevaartsoord.

Details van de kathedraal.

Plein en fontein voor de kathedraal en een kleurrijk winkelstraatje vlakbij de kathedraal.

In het authentieke Guadelupe staan veel balkons van de huizen op palen. Daarmee wordt hun woonoppervlak vergroot terwijl ze daarover geen belasting hoeven te betalen. Rechts de fontein en kruisbeeld in het historische centrum.

Door de straatjes van Guadelupe kijk je op de Sierra de la Villuercas.

Tijdens onze wandeling naar Guadelupe passeren we dit aquaduct.

Vanuit Guadelupe rijden we naar Merida. Merida is de hoofdstad van de provincie Badajoz. Het is gesticht in 25 voor Christus door keizer Augustus. In 1993 is Merida op de Unesco Werelderfgoedlijst geplaatst vanwege de vele Romeinse overblijfselen. We gaan naar Merida om het Teatro Romano, het Amfitheater te bekijken. We kiezen daarvoor de camperplaats bij het MaM. Deze camperplaats is bewaakt en heeft basisvoorzieningen. Een groot voordeel is dat het op 300meter ligt van het Teatro Romano. Wanneer we er die dag verblijven is er in Spanje een hittegolf, meer dan 40 graden. Daarom besluiten we het amfitheater 's avonds te bezoeken. Behalve het amfitheater heeft Merida nog andere bezienswaardigheden. 

Amfitheater in Merida.

Teatro Romano in Merida. Het amfitheater wordt ook nu nog gebruikt voor opvoeringen en producties.

Overblijfselen van de tempel van Diana en de Arco Trajano.

Mercado de Calatrava  en fontein op het Plaza d'Espana.

Historisch centrum Merida.

Van Merida rijden we verder zuidelijk naar Evora. Ook Evora staat op de werelderfgoedlijst sinds 1986. De stad is ommuurd. Er is veel strijd geleverd om de stad. In 1166 kwam de stad in handen van koning Alfonso en behoorde zo aan Portugal. We verblijven op de Orbiturcamping buiten de stad. Een goede camping, wel aan de prijs. Vanaf de camping kunnen we de stad goed per fiets bereiken.

De stad heeft een aantal bezienswaardigheden zoals de kathedraal die twee verschillende torens heeft, de tempel van Diana en diverse kerken.

Het centrale plein in Evora: Praca de Giraldo. Kerken hebben een opvallende witte kleur en twee identieke torens. Rechts een bijzonder hoekje in Evora.

Eglise de Senhora da Probeza en de straat met de twee bogen: Travessa dos arcos.

Bogen op het Praca de Giraldo en een marmeren bol op een plein in Evora.

Van Evora rijden we verder zuidwaarts en bereiken we de Algarve. We zullen de komende dagen verblijven in Alvor, op de gelijknamige camping. Deze camping ligt op een heuvel. We krijgen een plek achter de heuvel. Het zorgt ervoor dat we elke dag de heuvel moeten trotseren. Het leuke van Alvor is dat het een klein authentiek vissersdorp is. Het ligt aan lagunes waarlangs een kilometerslange houten promenade is gemaakt. Prachtig wandelen in een mooi gebied.

Alvor met bootjes in de lagunes. Rechts bootjes aan de voet van de berg.

Vanaf deze berg heb ik mooi zicht op de lagunes met de mooie wolkenlucht.

Het vrolijke kerkje van Alvor waar een visser onder grote belangstelling van mensen en vogels aan het werk was.

De lagunes bij avondlicht.

De wandelpromenade die door de lagunes van Alvor slingert.

Van Alvor gaat onze reis omhoog. Via Aljezur bereiken we 120 km verder Porta Cova. Onze camping is Parque Campismo Costa de Vizir. Een mooie camping slechts 500 meter van de kust. We hebben deze plaats en camping niet van te voren gepland  maar het blijkt een schot in de roos. Zowel wat betreft de camping als de omgeving. De kust is erg ruig, heeft wisselende begroeiing en heeft mooie kleine standjes, praias. We hebben ons twee dagen vermaakt met een wandeling door dit prachtige gebied. Via trappen zijn de praias bereikbaar. Het wandelen in deze rotsen is goed te doen, al is het wel opletten geblazen.

Het dorpje Porto Cova is klein maar...fijn. Opvallend is dat alle huizen een blauw geschilderde rand hebben. De inwoners doen dat omdat ze denken dat op deze manier de boze geesten weggehouden worden uit het dorp. Het is kleinschalig, maar erg pittoresk.

Ook hier zijn  we onder de indruk van deze prachtige kust aan de Atlantische zijde van Portugal. Zeer de moeite waard.

Van Porto Cova rijden we door naar Lissabon, Lisboa. We hebben ons oog laten vallen op de stadcamping van Lissabon: camping Lisboa. Het is een grote camping, waarvan de berichten van medekampeerders wisselend waren. Echter, het is niet overvol, maar best gevuld. Dat zorgt voor een gezellige sfeer. We mogen geen plaats uitzoeken, maar krijgen een plaats toegewezen. Alle plaatsen zijn vrij groot met een stuk privacy en eigen wateraansluiting. We zijn tevreden met onze plek. Net buiten de camping ligt een bushalte die ons, in ongeveer een uur naar hartje Lissabon brengt naar Pracada de Figuera. Dat zal voor de komende vier dagen onze uitvalsbasis zijn. We bezoeken het kasteel, gaan met de lift boven de stad uit, gaan naar Torre de Belem en bezoeken het monasterio Jeronimus. Helaas zijn door een technisch mankement veel fotos van Lissabon verloren gegaan. Maar toch een paar indrukken.

Deze bijzondere lift, Elevador Santa Justa , is 45 hoog en gebouwd door de assistent van Gustave Eiffel. Deze lift lijkt ook wel in bouw op de Eiffeltoren. Ga je met de lift omhoog, dan bereik je eerst een restaurant. Daarna kun je nog verder omhoog en kom je op een platform. De lift heeft prachtige details. Eenmaal boven heb je een prachtig uitzicht over de stad.

Links de zijkant van de lift die naar het restaurant en bovenste platform leidt. Rechts de ruine van de kathedraal.

Vanaf het platform van de lift een kijkje op het prachtige plein met fontein.

Na Lissabon stond Sintra op onze lijst om te bezoeken. Als uitvalsbasis kozen we camping Guincho Orbitur in Cascais. Cascais is de badplaats voor welgestelde Portugezen. De camping ligt tegen de duinen aan, maar we kunnen de duinen niet vanaf de camping bereiken. Daarvoor moeten we een flinke heuvel over fietsen. We vinden een mooie plek waar we makkelijk een aantal dagen kunnen verblijven. 's Middags verkennen we per fiets de kust. Dat blijkt weer een mooie ruige kust te zijn met bijzonderheden. Naast ruige kliffen heeft de kust ook prachtige duinen. Langs de kust zijn ook diverse forten te zien. Bij het Praia da Guincho staat een fort wat ook gelegenheid biedt voor campers. Het geeft een mooie overview.

Onze camping Guincho is de uitvalsbasis om de stad Sintra te bezoeken. Voor de camping stopt een bus die ons  in een uur naar Sintra brengt. Sintra is bekend om zijn vele paleizen. Daarnaast heeft het kleine gezellige straatjes. Om Sintra te bezoeken moet je wel wat klimwerk verrichten. De eerste dag bezoeken we het nationale paleis. Dit is herkenbaar aan de twee schoorstenen die de afvoeren zijn van de enorme keuken. Daarnaast verkennen we het stadje waarbij het kleurrijke balkon direct opvalt. De tweede dag bezoeken we het Quinta de Regaleira. Dat is een groot landgoed met daarin een paleis in de stijl van Anton Pieck, watervallen, torens een grot etc. We vonden het erg de moeite waard. Ook Sintra is de moeite waard. Overigens gingen we de tweede dag per taxi. De kosten waren bijna hetzelfde als met de bus, echter een half uur sneller!

Van Cascais rijden we verder naar Nazare, een klein dorpje aan de kust. Het ligt 150 km noordelijker. We vinden onderdak op de Orbiturcamping gelegen in een naaldbomenbos. Om Nazare te bereiken moeten we, haast ongeloofelijk, eerst een flinke helling op fietsen, waarna de afdaling begint. Overigens bestaat Nazare ook uit twee delen: de onderstad en de bovenstad. De bovenstad is te bereiken met de kabeltrein, de Finicular. Nazare is geliefd vanwege de huizenhoge golven die tussen oktober en februari aan de kust te zien zijn. Het is dan een enorme trekpleister voor surfers uit de hele wereld. Nu is het gezellig druk. Het is een mooi gezicht van bovenaf, de witte huisjes en rode daken. 

Rua de bonanca is een van de authentieke straatjes die Nazare rijk is

De bovenstad van Nazare en uitzicht op de onderstad en het strand.

Bovenstad van Nazare.

Nadat we genoten hebben van Nazare en een bezoekje gebracht hebben aan kapper Carlos voert de reis ons verder noordelijk met als einddoel Porto. Onderweg bezoeken we Aveiro, ook wel het Venetie van Portugal genoemd. We hebben een camperplaats ontdekt vlakbij het centrum. We vetrekken op tijd en zijn rond het middaguur in Aveiro. De kleurrijke gondels zien we meteen varen op de rivier. 

Na een leuke rondvaart met de gondel door Aveiro rijden we door naar Porto of beter gezegd naar Villa Nova de Gaia want daar ligt onze camping Madalena. Ook hier stopt de bus bij de camping voor een bezoek aan Porto. De camping blijkt een mooie uitvalsbasis voor Porto zowel per bus, maar nog veel mooier op de fiets. Een mooie route langs de kust en de rivier van 10 kilometer. Tevens hebben we richting Espinho gefietst langs de kust. Een mooie tocht. 

Porto is een prachtige stad met een onder- en bovenstad en de beroemde dubbele brug van Eiffel over de rivier de Douro. Het is een gezellige stad die je goed te voet kunt bekijken. We hebben de stad twee keer bezocht. Ook hebben we gebruik gemaakt van kabeltrein om naar de bovenstad te komen.

Langs de rivier de Douro is het goed toeven op de leuke terrasjes.

de omgang van de kathedraal die in het midden te zien is.

Bij het afdalen naar de onderstad door leuke smalle straatjes.

We kijken naar een kerk en rechts het station Sao Bente met de prachtige azulejos.

De traditionele scheepjes met de portvaten liggen op een rij langs de kant waar ook de portleveranciers zijn gevestigd zoals Calem en Kopke. Deze port is zeer aan te bevelen. Nu genieten we er thuis nog steeds van. 

Het strand van Vila Nova de Gaia bij avond. Ook hier een stukje ruige natuur, maar ook duinen.

Op onze fietstocht richting Espinho zien we deze kapel Senhora da Pedra. Deze kapel staat op het strand en een stukje in zee. We hebben zoiets niet eerder gezien en zijn verbaasd over deze mooie kapel.

Na vier mooie dagen op camping Madalena in Vila Nova de Gaia wordt het hoogtijd om het hogerop te zoeken. Dit keer letterlijk want Guimaraes is onze bestemming. Onze verblijfplaats is camping Da Penha. De Penha is een berg van ruim 650m. Er was aangegeven dat de weg er naartoe goed berijdbaar zou zijn. Dat blijkt ook zo te zijn. Na een goed stuk snelweg rijden we in Guimaraes omhoog en maken scherpe bochten. Behoedzaam rijden we omhoog en bereiken de camping. Het lijkt of we in een andere wereld zijn gekomen. Het gebied op de berg is vol van grote, reusachtige zwerfstenen waar je tussendoor en overheen kunt lopen. Het is zeer bijzonder. Op onze tweede dag in Guimaraes is het op zondag erg druk met toeristen. We maken die dag een wandeling op de berg en genieten van de kerk op de berg en het prachtige uitzicht. De daarop volgende dag bezoeken we het stadje Guimaraes. Het stadje is erg van belang omdat hier de oorsprong van Portugal ligt. Gelukkig gaat er een kabelbaan naar beneden. Guimaraes is een oude middeleeuwse stad die een bezoek zeker waard is.

De grote zwerfstenen op de berg Da Penha. Rechts is Maria geplaatst tussen de zwerfkeien.

Uitzicht vanaf Da Penha.

Links de kerk de Senhora Catarina, rechts het kasteel inn Guimaraes.

Basiliek en fontein in Guimaraes en rechts het hertogelijk paleis.

Links een middeleeuws straatje in Guimaraes en in het midden en rechts het centrale plein, Praca de Oliveira.

Deze tryptiek kwamen we tegen in een van de straatje. Centraal daarin is de lijdende Christus. Rechts een mooi plein waaraan het conservatorium is gevestigd.

Na deze mooie dagen in het middeleeuwse stadje gaat de reis verder noordelijk naar Viano di Castelo. Het is een afstand van 80 kilometer die voorspoedig verloopt. Onze camping, de Orbiturcamping is groot en ligt aan de duinen. Via een doorgang kunnen we rechtstreeks het strand op, De camping is erg in trek bij surfers en andere watersporters. Om het stadje te bezoeken moeten we de rivier over. ook is er een verbinding met een brug die door Eiffel gemaakt is. Het stadje heeft ook een onder- en bovenstad. De bovenstad is getooid met een bijzondere kathedraal, de Santa Luzia die je van verre ziet. Hij lijkt een kopie van de Sacre Coeur in Parijs. Op loopafstand van de camping vaart een pontje ons over naar de middeleeuwse stadje. Op de dag dat we het stadje bezoeken zijn de voorbereidingen voor het Middeleeuwse feest in volle gang.

Versierde straten in Viano di Castelo voor het middeleeuws festival.

De fontein op het Plaza Mayor, de groene brug van Eiffel en het interieur van een klein kapelletje tussen de winkels.

Santa Luzia, de kathedraal op de berg die lijkt op de Sacre Coeur.

Het treinstation (links) wordt aan de voorkant gesierd door een beeld van dansende mensen. Rechts het voorname schoolgebouw.

Kleine kapel en interieur met uiterst rechts het beeld van de pastoor op een paard die het tot bisschop heeft geschopt.

Bij het vertrek van Viano di Castelo verlaten we Portugal en reizen we Noord-Spanje binnen op weg naar Santiago de Compostella. Wanneer we aankomen bij de stadscamping waar we zullen verblijven zijn de plaatsen moeilijk te bereiken. We zien het niet zitten om op deze (dure) camping te gaan staan en rijden verder. Helaas. We rijden verder richting Lugo. Het valt dan niet mee om een goede camping te vinden. Sommigen hebben flinke afdalingen die we niet vertrouwen. Uiteindelijk na veel zoeken vinden we een plekje op camping El Meson, een rustige vlakke camping. Voor een nachtje vinden we dat prima. We beraden ons op de route en besluiten naar de kust te rijden. Daar voelen we ons altijd het fijnst: zee, ruimte, strand, duinen. Voor ns blijft dat de fijnste plek. We besluiten om de volgende dag naar Foz te rijden. Deze plaats ligt aan de Noord- Spaanse kust. Als we de camperplaats oprijden krijgen we een heerlijk gevoel. Wat een mooi aangelegd camperpark. De eigenaar ontvangt ons vriendelijk en leidt ons rond. We zullen daar een paar dagen blijven. Het blijkt een prachtig camperpark te zijn: camperpark Atalia. We beoordelen het met een 10! Ook de omgeving is prachtig. Mooie wandel- en fietsroutes langs de kust en Foz is een leuke plaats. Ongelukkigerwijs is plotseling mijn bril gebroken. Gelukkig zijn er drie opticiens. Men kan mij helpen aan een nieuw passend montuur waardoor ik alles weer scherp zie. Vanaf Foz bezoeken we ook het dorp San Montarino waar de oudste Spaanse kerk te vinden is. Met de fiets een hele klim, maar het lukt.

 

Grillige kust bij Foz.

De oudste Spaanse kathedraal staat in San Martino. Een kerk in Romaanse stijl.

Na een paar mooie dagen bij Foz vervolgen we onze reis richting de Picos d'Europa. Onderweg zijn we door een Engelsman getipt om hier vooral naar toe te gaan. Ondanks dat het niet ons plan is, gaan we toch die richting. We koersen aan op het plaatsje Avin. Dat ligt aan de voet van de Picos. Het is een afstand van 237 km. Uit de reviews blijkt dat het niet zover van de snelweg af ligt. Wanneer we dat doen slingeren we algauw tussen de bergen. Na 17 km slingeren, dalen en stijgen bereiken we de camping. Deze ligt tussen de bergen in, in een dal. Het is miezerig weer. Overal waar we kijken zijn bergen. De campingeigenaar wijst een mogelijkheid om een bergwandeling te maken. Die uitdaging neemt kees aan. Het is een steile klim door de bossen. Na een uur is de top bereikt. Helaas is het niet helder. Wel is het dorp Avin te zien. Zelfs onze camper kan ik zien vanaf de top. Wel een mooi gezicht. Je waant je in een andere wereld , waar het stil is.

Wij blijken geen mensen voor de bergen te zijn. We voelen ons opgesloten en besluiten de kust weer op te zoeken. We rijden richting de kust en rijden naar Lurado. We bezoeken diverse campings maar op alle campings zijn de honden niet welkom. Na zeven keer proberen besluiten we te overnachten op een aangegeven camperplaats. Dit blijkt niet meer dan een stuk asfalt te zijn. We schikken ons erin en besluiten de volgende dag verder te rijden richting Frankrijk. We hebben genoeg van campings waar onze honden niet welkom zijn. Zo belanden we in Frankrijk, net over de Pyreneen in Soustons op camping ''l Airial. We vinden een mooie plek. Het weer is goed. We blijven hier een paar dagen om te fietsen en heerlijk te genieten van het Franse land. Via Le Mans rijden we na vijf dagen richting Goes. We hebben een prachtige reis gemaakt waarin we zonnig weer hebben gehad, leuke mensen hebben ontmoet veel natuur en cultuur hebben gezien en beleefd. We kijken er met heel veel plezier op terug!

Ook hier de Noord Spaanse kusten blijven ons altijd imponeren. Hier op de route naar Lurado.